Vorige week stond Elizabeth uit de Oude Stad om half zes ’s ochtends op mijn stoep. Paniek in haar ogen. Water gutste door het plafond van haar benedenwoning in een monumentaal grachtenpand. De oorzaak? Een loodgieter had twee weken eerder ‘snel even’ een radiator vervangen zonder rekening te houden met de zetting van het historische pand. De koppeling had losgetrild. Binnen dertig minuten had ik de hoofdkraan dicht en de schade beperkt, maar de waterschade was al aanzienlijk. Dit soort fouten loodgieterswerk Haarlem zie ik helaas te vaak, vooral in onze historische wijken waar vakmanschap en lokale kennis essentieel zijn.
Na 25 jaar loodgieterservaring in Haarlem herken ik patronen. Oktober is dé maand waarin veel problemen aan het licht komen, mensen zetten hun CV weer aan en ontdekken dat er iets mis is. Laat me je meenemen door de meest voorkomende fouten die ik tegenkom, zodat jij ze kunt herkennen of voorkomen.
Waarom oude wijken speciale aandacht vragen
In de Oude Stad rond de Grote Markt werk ik regelmatig in panden uit de zeventiende eeuw. Handgesmede loden buizen, authentieke koperen kranen, en vooral: funderingen die door de eeuwen heen zijn gezakt. Wat veel collega’s niet beseffen is dat deze zetting doorgaat. Een leiding die je vandaag waterpas monteert, staat over twee jaar scheef.
Trouwens, de waterdruk in deze wijk varieert enorm, tussen 1,5 en 3,5 bar afhankelijk van je positie ten opzichte van de grachten. Dat moet je meenemen in je berekeningen, anders krijg je op de bovenste verdieping amper water uit de kraan.
Het Houtvaartkwartier is een ander verhaal. Naoorlogse bouw uit de jaren zestig tot tachtig, systematisch aangelegd. Koperen waterleidingen, stalen gasleidingen. Solide werk destijds, maar nu zitten we in de vervangingscyclus. Veel van die koperen leidingen zijn tussen de 25 en 35 jaar oud, precies de levensduur waarbij je problemen kunt verwachten.
De klassieker: verkeerde materiaalkeuze
Vorige maand kreeg ik een melding van Niels uit het Houtvaartkwartier. Een collega had nieuwe leidingen aangelegd, maar had kunststof gebruikt waar koper nodig was. Bij hoge waterdruk kan kunststof gaan lekken op de koppelingen. In een wijk waar de druk stabiel is rond 3 bar geen direct probleem, maar bij pieken wel degelijk.
In monumentale panden is materiaalkeuze nog kritischer. Je kunt niet zomaar moderne kunststof leidingen aanbrengen, het moet passen bij het karakter van het pand én goedgekeurd worden door monumententoezicht. Ik werk daar altijd met koperen leidingen die visueel aansluiten bij de originele installatie.
En dan heb je nog de kwestie van isolatiemateriaal. In kruipruimtes in het Houtvaartkwartier zie ik vaak dat collega’s glaswol gebruiken zonder dampscherm. Bij de vochtigheid die we in Haarlem hebben door de nabijheid van zee en grachten, trekt dat vocht aan als een spons. Binnen twee jaar is je isolatie doorweekt en waardeloos.
CV-ketels: de herfst blunders
Oktober is traditioneel de maand waarin iedereen de verwarming weer aanzet. En dan blijkt dat de ketel het niet doet. De meeste problemen die ik dan tegenkom zijn te voorkomen geweest.
In de Oude Stad vervang ik vaak oude ketels door HR107 combiketels van 24 tot 28 kW. Wat ik regelmatig zie bij werk van anderen: ze hangen zo’n ketel zonder naar de schoorsteen te kijken. Oude schoorstenen in monumenten hebben vaak een te grote diameter voor moderne ketels, waardoor de rookgassen niet goed afvoeren. Dat moet je oplossen met een inzetstuk, maar dat vergeten veel collega’s.
In het Houtvaartkwartier is het probleem vaak anders. Daar zijn veel ketels de afgelopen tien jaar vervangen, maar zonder de radiatoren mee te nemen. Een moderne HR-ketel werkt optimaal bij lagere aanvoertemperaturen, maar oude radiatoren zijn gedimensioneerd voor hogere temperaturen. Resultaat: je huis wordt niet warm genoeg, terwijl de ketel perfect werkt.
Volgens mij is het grootste probleem dat mensen de ketel als losstaand onderdeel zien. Maar het is een systeem, ketel, leidingen, radiatoren, thermostaat. Als één onderdeel niet klopt, werkt het geheel niet optimaal.
Radiatoren: positie en vermogen
Vorige week hing ik nieuwe radiatoren in een herenhuis aan de Spaarne. De vorige loodgieter had ze te laag gemonteerd, slechts vijf centimeter boven de grond. Dat ziet er misschien strak uit, maar je verliest warmteafgifte én je kunt er niet fatsoenlijk onder schoonmaken. Minimaal tien centimeter, liever vijftien.
En dan de berekening. In de Oude Stad heb je te maken met hoge plafonds en vaak slechte isolatie, dat zijn monumenten, daar mag je niet zomaar dubbelglas in zetten. Een standaard berekening schiet dan tekort. Ik reken altijd met een opslag van twintig procent voor dit soort panden.
In moderne woningen in het Houtvaartkwartier is het probleem juist andersom. Mensen willen designradiatoren die mooi staan, maar te weinig vermogen hebben. Ik snap de esthetische wens, maar fysica laat zich niet misleiden. Te klein is te klein.
Leidingwerk: de onzichtbare fouten
De meeste problemen ontstaan waar je ze niet ziet, in kruipruimtes, achter muren, onder vloeren. Vorige winter had ik een spoedmelding in de Vogelenwijk. Bevroren leidingen in de kruipruimte. Toen ik ging kijken bleek dat een collega nieuwe leidingen had aangelegd zonder isolatie. In oktober lijkt dat misschien niet nodig, maar bij -10 graden in januari vriest alles kapot.
Wat ik ook vaak zie: leidingen die te strak zijn gemonteerd. Koper zet uit bij warmte, dat is nu eenmaal zo. Als je geen ruimte geeft voor die uitzetting, krijg je spanning op de soldeerverbindingen. Die gaan vroeg of laat lekken, vaak midden in de nacht als de verwarming volop draait.
En dan de doorvoeren door muren. Vooral in de Oude Stad, waar muren soms zestig centimeter dik zijn, zie ik dat collega’s een leiding door een gat steken en de rest opvullen met kit. Maar die muren bewegen door zetting. Je moet rubber manchetten gebruiken die beweging toestaan, anders breekt je leiding af in de muur. Ramp scenario.
Sanitair: de details die het verschil maken
Vorige maand renoveerde ik een badkamer in het Houtvaartkwartier. De vorige installateur had de wastafel op standaard hoogte gehangen, 85 centimeter. Prima voor volwassenen, maar dit gezin had drie jonge kinderen. Nu hangt hij op 75 centimeter met een verstelbare spiegel. Klein detail, groot verschil in gebruiksgemak.
Wat ik te vaak zie: sifons die niet goed zijn aangesloten. Mensen denken dat het dichtzitten van een sifon alleen gaat om lekkage voorkomen. Maar een sifon heeft een waterkering die voorkomt dat stank uit de riolering je huis binnenkomt. Als die waterkering te ondiep is of regelmatig droogstaat, krijg je stankoverlast.
In de Oude Stad heb je te maken met oude riolering. Gietijzeren afvoeren die soms honderd jaar oud zijn. Die kun je niet zomaar vervangen zonder de hele vloer open te breken. Dus moet je slim omgaan met aansluitingen, moderne kunststof afvoeren koppelen aan historisch gietijzer vraagt om specifieke koppelingen en afdichtingen.
Doe-het-zelf rampen
Ik heb respect voor mensen die zelf dingen willen doen. Maar sommige klussen kun je beter overlaten aan een vakman. Zoals Elizabeth, die loodgieter die haar radiator liet vervangen zonder de juiste kennis van monumentale panden. Of de man die vorige maand zijn eigen CV-ketel probeerde te installeren en daarbij de gasleiding beschadigde. Dat had heel slecht kunnen aflopen.
Het probleem met YouTube-tutorials is dat ze de lokale context missen. Wat werkt in een nieuwbouwwoning in Almere werkt niet per se in een grachtenpand in Haarlem. De waterdruk is anders, de leidingen zijn anders, de regelgeving is anders.
Trouwens, als je toch zelf aan de slag gaat: zorg dan dat je weet waar je hoofdkraan zit. Klinkt logisch, maar ik kom regelmatig bij mensen die in paniek zijn omdat er water lekt en ze geen idee hebben waar ze het kunnen afsluiten. In oude panden zit die vaak in een kelder of kruipruimte, niet altijd voor de hand liggend.
Preventie: de herfst check
Nu we in oktober zitten is het het perfecte moment voor een check. Voordat de winter echt aanbreekt en je afhankelijk wordt van je verwarming. Wat check ik altijd?
- CV-ketel: druk controleren (tussen 1,5 en 2 bar), ontluchten, roostwisseling nakijken
- Radiatoren: ontluchten, op lekkage controleren, thermostaatknoppen testen
- Leidingen in kruipruimte: isolatie nakijken, op lekkage controleren
- Buitenkranen: afsluiten en leeglaten om bevriezing te voorkomen
- Dakdoorvoeren: rubber manchetten controleren op scheuren
In de Oude Stad komt daar nog bij: controle op zettingsscheuren rond leidingdoorvoeren, waterdruk meten op verschillende verdiepingen, en de staat van authentieke kranen checken. Die oude koperen kranen zijn prachtig, maar ze kunnen gaan lekken als de pakking versleten is.
Voor het Houtvaartkwartier geldt: extra aandacht voor de kruipruimte. Door de naoorlogse bouw hebben de meeste woningen daar goede toegang toe, maar dat betekent ook dat vocht makkelijker kan binnendringen. Check of je isolatie nog droog is en of er geen condensvorming is op leidingen.
Wanneer bel je een loodgieter?
Sommige signalen kun je niet negeren. Een druppelende kraan lijkt onschuldig, maar kan wijzen op een groter probleem. En constant vocht leidt tot schimmel, vooral in oude panden met beperkte ventilatie een serieus risico.
Als je CV-ketel vreemde geluiden maakt, fluiten, bonken, knetteren, is er iets mis. Dat kan variëren van lucht in het systeem tot een kapotte pomp. Negeer het niet, want kleine problemen worden grote problemen.
En natuurlijk bij lekkages. Zoals bij Elizabeth, als er water door je plafond komt, moet je direct handelen. Elke minuut telt dan. Daarom ben ik 24/7 bereikbaar op 085 019 74 58 en binnen dertig minuten ter plaatse in Haarlem. Bij waterschade is snelheid essentieel.
Nieuwe ontwikkelingen en valkuilen
De energietransitie brengt nieuwe uitdagingen. Warmtepompen worden steeds populairder, maar de installatie vraagt om specifieke kennis. In de Oude Stad is het vaak lastig om een warmtepomp te plaatsen, waar zet je het buitendeel neer zonder het straatbeeld te verstoren? En voldoet je elektrische installatie wel aan de hogere eisen?
In het Houtvaartkwartier zie ik steeds meer mensen overstappen op vloerverwarming in combinatie met een warmtepomp. Dat werkt goed in die naoorlogse woningen met kruipruimte. Maar de berekening moet kloppen, vloerverwarming werkt bij lagere temperaturen, dus je radiatoren moeten groter zijn of je moet meer vierkante meters vloerverwarming hebben.
Volgens mij gaan we de komende jaren veel fouten zien bij deze nieuwe systemen. Installateurs die onvoldoende zijn opgeleid, klanten die verkeerde verwachtingen hebben, en systemen die niet goed zijn afgesteld. Dus kies een loodgieter die specifieke training heeft gevolgd in warmtepompen en duurzame installaties.
Lokale kennis maakt het verschil
Na 25 jaar in Haarlem ken ik elk straatje, elke wijk, elk type woning. Ik weet dat in de Oude Stad de waterdruk fluctueert, dat het Houtvaartkwartier solide naoorlogse installaties heeft, en dat de Vogelenwijk vaak te maken heeft met hoge grondwaterstanden die invloed hebben op kruipruimtes.
Die lokale kennis is onvervangbaar. Een loodgieter van buiten Haarlem mist die context. Hij weet niet dat bij de Grote Markt de riolering uit 1920 stamt, of dat in bepaalde straten in het Houtvaartkwartier de hoofdleidingen net zijn vervangen en je daar rekening mee moet houden.
Dus als je een loodgieter zoekt, kies dan iemand die Haarlem kent. Die weet wat er speelt in jouw wijk, die de lokale geschiedenis begrijpt, en die ervaring heeft met jouw type woning. Bel gerust voor advies op 085 019 74 58, ook als je alleen een vraag hebt. Liever voorkom ik een probleem dan dat ik het achteraf moet oplossen.
Want uiteindelijk gaat het om vakmanschap, lokale kennis en eerlijkheid. De fouten die ik dagelijks zie zijn bijna altijd te voorkomen geweest. Met de juiste aanpak, de juiste materialen en aandacht voor detail. Dat is wat ik probeer te bieden aan elke klant in Haarlem, of het nu gaat om een spoedklus zoals bij Elizabeth, of om preventief onderhoud in oktober om de winter goed door te komen.



































